Een salade moet altijd op kamertemperatuur zijn en nooit zo uit de koelkast op tafel gezet worden. Een salade is makkelijk, lekker en gezond. Wat ook zo fijn is van een salade is dat je die met brood kunt eten maar ook met gegrild vlees of een stukje vis. Een salade doet het goed als hoofdgerecht, voorgerecht of als bijgerecht.
Vandaag maken we een aardappel/wortel met nog wat dingen salade.
Voor twee personen neem je 300 gram aardappels. Als je van die kleine krieltjes hebt hoef je ze alleen maar de wassen en in stukken te snijden. Dan 350/400 gram wortel in plakjes. Kook de aardappels en de wortels tot ze bijna gaar zijn. Afgieten en laten staan in de pan. Ze garen vanzelf nog wat na.
We snijden snoeptomaatjes door de helft en snoepkomkommers in plakjes. De hoeveelheid mag je zelf weten. Ik vind vooral die komkommers heerlijk vanwege de knapperigheid in zo’n salade. Dan een handvol zwarte olijven door de helft.
Maak een dressing van drie eetlepels olijfolie, een eetlepel citroensap (of witte wijnazijn), een theelepel mosterd en knoflooktenen uit de knijper.
Meng alle groente door elkaar en schep er de dressing door. Even laten staan om de smaken in te laten trekken.
Wij maken de citroendressing vaak wat sterker door meer citroensap te gebruiken. Gewoon omdat we dat lekker vinden. Maar het is ook een aanrader als je deze salade eet bij vis.
Uiteraard kun je weer volop variëren met uitgebakken spekblokjes, stukjes paprika, feta erover en noem maar op.