En dan een foto erbij met zes kazen. Het is zo’n lekkere foto vind ik. Dit is de proeverij van Oudwijker. Mooie Italiaanse kaasjes. Heerlijk waren ze. En ze gingen zo op dus niets over om kazenboter van te maken.
Ik loop weer te hard van stapel. Even bij het begin beginnen. Op Twitter plaats ik de laatste tijd soms een piepklein recept onder de hastag (je kunt het al raden) #piepkleinrecept. Zo’n recept moet dus in één tweet passen. Je staat er nog van te kijken bij hoeveel recepten dat prima lukt. Nu heb ik besloten om diezelfde piepkleine recepten op de blog wat verder uit te werken. Met variaties en waar eet je het bij enzovoort.
Vierkazenboter dus. Het mag ook driekazenboter zijn. Of twee. Of je kiest er maar een uit met een hele sterke smaak. Kan allemaal en mag je ook helemaal zelf bepalen. Het is een ideaal recept om restjes op te maken. De harde kaassoorten eerst raspen. Overigens kun je ook zachte kaassoorten raspen als je ze een aantal uren in de vriezer legt.
De hoeveelheden. Hou in gedachten dat je deze boter kunt invriezen. Maak er dan een rolletje van zodat je steeds een stuk kunt afsnijden. Je kunt dus wat meer maken dan je direct nodig hebt. Een normale hoeveelheid is 200 gram boter vermengen met 75 gram kaas. Het mag ook 100 gram kaas zijn als je dat lekker vindt. Neem in ieder geval 1 soort met een sterke smaak. Een blauwe is altijd goed. Meng de boter en de geraspte/geprakte kaas goed door elkaar.
Heerlijk op een stuk stokbrood, een klontje door de sperziebonen of de spinazie, door de aardappelpuree, over gekookte kleine nieuwe aardappels, op een boterham met ham en tomaat en als vulling voor een rolletje katenspek. Er is vast nog wel meer te bedenken. Nooit meer kleine stukjes kaas weggooien. Stop ze maar in een zak in de vriezer tot je genoeg hebt om kazenboter te maken.
Wie de boekensector een warm hart toedraagt, bestelt bij Bazarow. Middels online boekenverkoop ondersteunt Bazarow auteurs, vertalers, uitgevers en boekhandelaren.