Dit recept komt voor het grootste deel uit het boek De echte Chinese keuken thuis van Fuchsia Dunlop. Zij beschrijft daarin dat radijsjes in deze salade niet gesneden worden maar gekneusd. Daarna gaat er een marinade overheen en als het dan een beetje ingetrokken is heb je een zeer smakelijke hap.
Wij deden het ietsje pietsje anders. Wij namen niet alleen radijs maar ook komkommer. Die twee samen leveren een prima salade op.
Maak een half bosje radijs schoon en kneus de radijzen of snij ze in stukken. Meng dat met een halve in blokjes gesneden komkommer. Maak een marinade van wat zout, 1 theelepel suiker, 2 eetlepels lichte sojasaus, 2 eetlepels chili olie ** en een halve theelepel sesamolie. Schep de marinade door de radijs/komkommer en laat een uurtje marineren. Lekker bij een pittige maaltijd maar als je de blokjes komkommer iets groter snijdt dan is het ook een erg fijn borrelhapje.
** Chili olie is erg fijn om in huis te hebben. Met een klein scheutje kun je een heel gerecht pittig maken en in een marinade is het vaak ook erg smakelijk. Een theelepeltje in een kom met soep of een klein beetje door een (groente) stoof geeft pit aan het leven. Je kunt het makkelijk zelf maken. Op internet zie je veel uitgebreide recepten maar 250 ml arachideolie mengen met 10/15 gedroogde chilipepertjes en dat een paar dagen laten staan (flesje af en toe omkeren) is al voldoende om een goed bruikbare chili olie te maken. Je kunt het uiteraard ook kant en klaar kopen.