Wij deden het. Wij maakten ‘nasi’ met broccolirijst. En ik moet je zeggen, dat viel niet tegen. Sterker nog, dat was lekker. En vrijwel ongemerkt krijg je behoorlijk wat groente binnen. Wie een goede keukenmachine heeft kan broccolirijst (of bloemkoolrijst) makkelijk zelf maken. Pas op dat je niet het knalharde deel van de stengel neemt maar wel de korte stengels met de roosjes eraan. Uiteraard kun je de broccolirijst ook kant en klaar kopen. Zo’n pak van 400 gram is voldoende voor vier personen. Verder geef ik geen hoeveelheden want dan komen we uit op “een handje van dit en een scheutje van dat” en vrijwel iedereen kan zelf wel bedenken hoeveel enzo. Kwestie van proeven.
En zo maak je het.
Begin met het fijnsnijden van twee uien en bak die tot ze beginnen te kleuren. Nu moet je kiezen wat je door de ‘nasi’ doet. Dat kunnen kleine bruingebakken stukjes kip zijn of rul gebakken gehakt. Wij kozen voor gerookte makreel in stukjes omdat we onze Rijst met makreel zo lekker vinden. We gooiden er als eerste een bakje taugé door.
Vervolgens doe je er wat nasikruiden, een scheut sojasaus, wat vissaus (of zout) en wat sambal bij. Dan kan de broccolirijst erdoor en na twee minuutjes roerbakken. Dat wij er ook nog in kleine blokjes gesneden komkommer door deden en een kneepje citroen is misschien voor veel mensen een beetje TE. Dan doe je dat maar niet.
Eigenlijk is je ‘nasi’ nu klaar. Serveer het met een gebakken ei, pindasaus en kroepoek. Augurkje erbij en smullen maar.
Wij aten er de Indonesische smoor van tomaat en aubergine bij van Meneer Wateetons. Die vinden wij namelijk errug lekker! De smoor dan.